De taken in de bouw zijn sinds enkele decennia steeds meer versnipperd geraakt. Bij grote projecten leveren alle partijen hun deel aan en is het aan de aannemer om de puzzelstukken in elkaar te passen. Maar een gebouw is meer dan de som van alle delen. Dus wie vertelt de aannemer hoe de staalverbindingen in het betonnen casco worden verankerd? Wie voelt zich verantwoordelijk voor de constructie als geheel? Het gebrek aan goede samenwerking blijkt voor veel aannemers een verborgen kostenpost en energievreter te zijn. Erwin van Toor, commercieel directeur bij VeriCon, deelt zijn visie op hoe het beter kan.
Van versnippering naar samenwerking
Hoe is de versnippering in de bouw ontstaan?
“Er is al decennialang een drang naar steeds meer duidelijkheid over de taakverdeling en afbakening van verantwoordelijkheden. Brancheverenigingen buigen zich keer op keer over het opstellen van takenlijsten en schema’s, met als doel een efficiënter proces te ontwikkelen. Onze ervaring is dat het tegenovergestelde wordt bereikt: juist door afbakening en specialisatie voelen partijen zich wel verantwoordelijk voor hun eigen deel, maar niet voor het geheel. Het is een beetje ‘ieder voor zich’ geworden, terwijl het aantal raakvlakken en communicatielijnen juist exponentieel is gestegen. Kortom: het proces is complex geworden.”
Zorgt de complexiteit van het proces voor extra werk voor de aannemer?
“Exact. De betonleverancier verzorgt het beton, de staalleverancier levert de staalverbindingen en de houtleverancier de houten onderdelen. Alles is keurig berekend door de deelconstructeurs, dus hun taak zit erop. Maar het is niet duidelijk wie er verantwoordelijk is voor de aansluitingen. Als het gaat om de overlappende delen, durven veel partijen hun handen daar niet aan te branden. De aannemer zit dan met de handen in het haar, want bij wie kan hij aankloppen? Je kunt je voorstellen dat dit een hoop extra communicatie, afstemming en werk oplevert. Bovendien zijn het juist de verbindingen die vaak niet bij de prijs inbegrepen zitten en dus voor onvoorziene kosten zorgen.”
Dat zal voor geen enkele aannemer wenselijk zijn. Maar hoe doorbreek je deze patronen?
Volgens ons ligt de oplossing niet in nóg meer afbakening en communicatielijnen, maar juist in het aanwijzen van één partij die de verantwoordelijkheid op zich neemt. Eén partij die de aannemer volledig ondersteunt op het gebied van constructie, die de deelberekeningen controleert, een stuk risicomanagement op zich neemt en ervoor zorgt dat de constructieve onderdelen goed op elkaar aansluiten. De hoofdconstructeur die het ontwerp heeft opgesteld, kent de ontwerpfilosofie en is als enige in staat om alle technische problematiek rond de raakvlakken goed te overzien en aan te pakken. Bij een complexe bouwopgave moet deze verantwoordelijkheid bij ons liggen.”
“Alle aannemers met wie we deze werkwijze hanteren, zeggen: ‘dit gaan we in het vervolg weer zo doen’. “
Hoe pakken jullie dit aan in de praktijk?
“In de samenwerking met aannemers nemen wij als hoofdconstructeur vaak een coördinerende rol aan. We zetten proactief stappen om ervoor te zorgen dat de deelberekeningen die worden aangeleverd compleet zijn en er niets ontbreekt in het ontwerp en de werktekeningen. Het verlengde van de werkvoorbereiding van de aannemer dus.”
Dat klinkt als een rustiger en meer gestroomlijnd proces. Wat onderscheidt VeriCon van andere bureaus dat jullie deze werkwijze kunnen bieden?
“VeriCon is een groot bureau met een lange historie in constructief advies. Hierdoor hebben we een schat aan kennis en ervaring in huis, van verschillende disciplines. Naast het ontwerp en advies zijn wij ook experts op het gebied van prefabbeton-engineering. Dit zie je terug in de kwaliteit en doordachtheid van onze ontwerpen. Onze diepgaande kennis van materialen, productie en bouwmethodes brengen we zo vroeg mogelijk tijdens het ontwerptraject in. Doe je dit pas na het verkrijgen van de omgevingsvergunning, dan stuit je eigenlijk altijd op gebreken in je ontwerp. Zaken die ontbreken of niet mogelijk zijn, waardoor het project alsnog duurder uitvalt of lastiger is uit te voeren. Dit soort tegenvallers voorkomen wij door vanaf de start onze ervaring en doordachte oplossingen in te brengen.”
Als het takenpakket van de hoofdconstructeur wordt uitgebreid met deze coördinerende rol, dan wordt het kostenplaatje voor de aannemer vermoedelijk ook anders?
“Dat klopt, bij deze werkwijze hoort een ander honorarium. Er wordt immers een flink stuk coördinatie en risicomanagement naar ons als hoofdconstructeur overgeheveld. Maar die inspanningen moeten sowieso geleverd worden, ofwel door de aannemer, ofwel door een andere partij. Wij hebben de technische kennis in huis om snel en goed te kunnen beoordelen en sturen. Het woord ‘kostenpost’ is dan ook niet passend. ‘Investering’ is een beter woord; het levert het aannemersbedrijf immers veel op.”
Wat levert het de aannemer precies op?
“We onderscheppen veel problemen en besparen daarmee op faalkosten en herstelwerkzaamheden. Daarnaast bespaart het de aannemer enorm veel tijd op het gebied van werkvoorbereiding, communicatie en afstemming tussen partijen. De tijd, energie en budgetten die het aannemersbedrijf daarmee bespaart, kunnen beslist op betere plekken worden ingezet.”
Hoe reageren de aannemers waarmee jullie op deze manier werken?
“Er zijn uitsluitend positieve ervaringen. Alle aannemers met wie we deze werkwijze hanteren, zeggen: ‘dit gaat we in het vervolg weer zo doen’. Dat bevestigt voor mij dat we op de goede weg zitten.”
Meer weten over dit onderwerp? Neem contact op met: